7 - Rechtmatigheidsverantwoording

De baten en lasten alsmede de balansmutaties moeten getrouw in de jaarrekening worden opgenomen. Uit het getrouw opnemen van de baten en lasten alsmede de balansmutaties, blijken een drietal rechtmatigheidscriteria niet expliciet. Dit betreffen het:
- begrotingscriterium;
- voorwaardencriterium, en
- misbruik- en oneigenlijk gebruik criterium.

In deze rechtmatigheidsverantwoording licht het college van burgemeester en wethouders toe in hoeverre bij de in de jaarrekening verantwoorde baten en lasten, alsmede de balansmutaties het begrotings-, voorwaarden-, en misbruik- en oneigenlijk gebruik criterium zijn nageleefd. Dit houdt in dat de verantwoorde baten en lasten, alsmede de balansmutaties in overeenstemming zijn met door de raad vastgestelde kaders, zoals de begroting en gemeentelijke verordeningen en met bepalingen in de relevante wet- en regelgeving. Bij de waarderingsgrondslagen in de jaarrekening is het door de raad op 18 december 2023 vastgestelde normenkader van de relevante wet- en regelgeving verder toegelicht.

Deze verantwoording hanteert een grensbedrag omdat alleen de van belang zijnde aspecten in de verantwoording hoeven te worden betrokken. Deze grens is door de gemeenteraad bepaald en bedraagt 1% van de totale lasten inclusief toevoegingen aan de reserves, en is daarmee vastgesteld op € 821.147. De grondslag voor deze verantwoording is de Kadernota Rechtmatigheid 2024 van de commissie BBV van oktober 2024.

Bevinding
Het college stelt vast dat de omvang van de in deze jaarrekening verantwoorde baten en lasten alsmede de balansmutaties die niet rechtmatig tot stand zijn gekomen, in totaal € 4.470.195 bedragen. Dit is hoger dan de daarvoor gestelde grens van € 821.147. Van de niet rechtmatig tot stand gekomen verantwoorde baten en lasten alsmede de balansmutaties is volgens het college overigens een bedrag van € 4.031.122 acceptabel op basis van door de gemeenteraad vastgestelde afspraken. 

De geconstateerde afwijkingen vanuit het begrotingscriterium voor de lasten betreffen (per programma):

Programma 1
- Voorziening wethouderspensioenen en wachtgeld: € 480.758
- Doorbelasting Huis van Albrandswaard: € 50.417
- Bijdrage SWO: € 561.534
- Doorbelasting effect dummy rekeningen voor alle programma's : € 1.812.063
- Effect doorbelasting dummy rekening programma 1: -/- € 89.580

Programma 7
- SPUK-regeling Toeslagenaffaire: € 589.357
- WMO-regeling: € 215.877
- Oekraïne-opvang: € 131.994
- Wet BUIG: € 824.140
- Minimalbeleid: € 146.172
- Regionale jeugdhulp: € 74.879
- Lokale jeugdhulp: € 337.302

Programma 9
- Rentetoerekening activa: € 247.599
- Overhead vanuit DBP: € 50.964
- Overhead vanuit SWO:  € 62.335
- Juridische zaken: € 55.894
- Effect doorbelasting dummy rekening programma 9: € 72.897

De geconstateerde afwijkingen vanuit het begrotingscriterium voor de baten betreffen (per programma):

Programma 3
- Germalen: € 127.187
- Begraafplaatsen: € 66.282

De geconstateerde afwijkingen vanuit het begrotingscriterium voor de investeringen zijn allemaal kleiner dan € 50.000.

De geconstateerde afwijking binnen het voorwaardencriterium betreft:

- Aanbesteding brandverzekering: € 69.325.

In de paragraaf bedrijfsvoering is op basis van de Kadernota rechtmatigheid van de commissie BBV, en op basis van de afspraken met de raad, aanvullende informatie opgenomen over de financiële rechtmatigheid. In deze paragraaf heeft het college ook beschreven welke actie men onderneemt om vermelde afwijkingen in de toekomst te voorkomen.