De Gemeente Albrandswaard voert actief beleid op de beheersing van de risico’s die de gemeente loopt. Door een scherp inzicht in de actuele risico's wordt de organisatie in staat gesteld om op verantwoorde wijze besluiten te nemen. Ook wordt gekeken naar de maatregelen die worden getroffen om de risico’s af te dekken. Voor de risico’s waarvoor geen maatregelen getroffen kunnen worden, bijvoorbeeld omdat het verzekeren ervan te duur zou zijn, wordt ingeschat welke buffer noodzakelijk is. Deze buffer is het weerstandsvermogen.
In deze paragraaf wordt verslag gedaan van de resultaten van de meest recente herijking/inventarisatie van risico’s en maatregelen. Op basis van de geïnventariseerde risico’s en de beschikbare financiële middelen (weerstandscapaciteit) is het weerstandsvermogen berekend.
Paragraaf 2 - Weerstandsvermogen en risicobeheersing
Risicoprofiel concern Albrandswaard
Terug naar navigatie - Risicoprofiel concern AlbrandswaardOm de risico's van Gemeente Albrandswaard in kaart te brengen is in samenwerking met het regieteam Albrandswaard en de GR BAR-organisatie een risicoprofiel opgesteld. Dit risicoprofiel is tot stand gekomen met behulp van het softwareprogramma NARIS® (NAR Risicomanagement Informatie Systeem) waarmee risico's systematisch in kaart kunnen worden gebracht en beoordeeld.
Omdat binnen de GR BAR-organisatie een deel van de producten en diensten wordt geleverd voor de drie gemeenten en de GR BAR-organisatie zelf geen algemene reserve kent, dient de benodigde weerstandscapaciteit middels de afgesproken verdeelsleutel opgevangen te worden door de deelnemende BAR gemeenten.
In de gemeentelijke top 10 ziet u de verzameling aan BAR risico’s terug als één geconsolideerd risico met als percentage 100%. Alle risico’s worden 2 maal per jaar herijkt en er wordt continu geanticipeerd op nieuwe risico’s. Alle onzekerheden dan wel risico’s die niet in de begroting (kunnen) worden opgenomen, worden vanaf het moment dat zij kwantificeerbaar zijn opgenomen in het risicoprofiel.
Actuele ontwikkelingen
Terug naar navigatie - Actuele ontwikkelingenDecentralisaties/ nieuwe & aangepaste wettelijke taken
Het transformeren naar een uitgebalanceerde uitvoeringsorganisatie voor de vanuit het rijk gedecentraliseerde taken als wel het implementeren en ten uitvoer leggen van nieuwe en aangepaste wetten en regelgeving is en blijft een zeer complexe en uitdagende opgave en vormt een groot risico. Binnen het sociaal domein is in lijn met het landelijke beeld over 2023 een aanhoudende trend te zien van hoge en/of stijgende kosten als het gaat om de Wmo, de Jeugdwet en de participatiewet. De gemeente heeft hierdoor te maken met alsmaar groeiende uitgaven. De omvangrijke bezuinigingsplannen van het kabinet op de uitvoering van de Jeugdzorg zijn weliswaar vooruit geschoven maar zullen komende jaren uitgevoerd gaan worden. De toenemende hulpvraag onder jongeren is zorgelijk groot en de beperkte beschikbaarheid van passende hulpverlening dragen bij aan het aanhouden van een stevige risico’s in het gemeentelijk risicoprofiel. In de uitvoering van de Wet maatschappelijke ondersteuning zullen de netto kosten en de vraag zeker tot 2025 hoog blijven wanneer in 2019 van het ingevoerde abonnementstarief wordt afgestapt.
Bestuurlijke en financiële verhoudingen Rijk en decentrale overheden (risico Rijksbijdrage gemeentefonds)
Er is al langere tijd sprake van een (toegenomen) disbalans tussen financiële en bestuurlijke verhoudingen tussen Rijk en decentrale overheden. Het vooralsnog bevriezen van de bijdragen van het gemeentefonds en de onzekerheid over de toekomst van een nieuwe verdeel- en berekensystematiek van het gemeentefonds vormt een grote onzekerheid.
ICT/ Informatiebeveiliging
De bescherming van alle gevoelige informatie en het aanbieden van moderne en veilige digitale product- en dienstverlening ontkomt ook niet aan oplopende kosten van noodzakelijk onderhoud, beheer en doorontwikkeling. De kosten voor ICT en informatiebeveiliging lopen de laatste jaren sneller op. Burgers verwachten daarbij steeds meer op het gebied van digitale dienstverlening. Nieuwe/ aangepaste wetgeving op het gebied van informatiebeveiliging stelt harde toenemende eisen aan de beschikbare competenties en capaciteit om er invulling aan te geven. Over 2023 heeft dit invloed gehad op het prioriteren van activiteiten binnen diverse specialismen.
Risico’s BAR organisatie (ontvlechting)
2023 is het jaar waarin de BAR-Organisatie is ontvlochten. In de 2e helft van het jaar is de plaatsing van het personeel afgerond. De (niet primaire) taken die vallen onder het technische beheer en het ondersteunen van de product- en dienstverlening van de gemeente(n) vormen het risicoprofiel voor de organisatie en bijbehorende dienstverlening die per 1 januari 2024 door De BedrijfsvoeringsPartner (DBP) zal gaan worden uitgevoerd. De bedrijfsvoeringsrisico’s worden dus het risicoprofiel van DBP. De risico’s voor de uitvoering van de wetten en regels, het leveren van producten en diensten (primaire taken) door de gemeenten blijven dus ook in de nieuwe situatie de kern van het risicoprofiel van de gemeente met als belangrijk verschil dat de uitvoerende ambtenaren in de uitvoering van de product- en dienstverlening vanaf 1 januari bij de gemeente in dienst zijn. Het risico bestaat dat de krappe arbeidsmarkt niet volledig voorziet in geschikte kandidaten voor de diverse vacatures die hierdoor zijn ontstaan bij de gemeente en DBP. Het personeelsverloop is daarbij in 2023 hoog geweest. Het ziekteverzuim ligt over een langere periode al boven het landelijke gemiddelde maar is in de loop van 2023 wel flink afgenomen. De kans dat er meer kosten worden gemaakt voor inhuur blijft voorlopig aanwezig.
De oorlog in Oekraïne
Het realiseren van opvang en huisvesting voor de korte en langere termijn is van invloed op de benodigde weerstandscapaciteit. Er gaat ambtelijke capaciteit naar de opvang, begeleiden, huisvesten van vluchtelingen en de administratieve (financiële) organisatie hieromtrent. Aan de opvangtaak van de gemeente zijn vergoedingen gekoppeld. Vooralsnog geldt de insteek dat de gemeente geen financiële schade op mag lopen door de taken die hierin ontstaan. We houden er rekening mee dat de kans op financiële schade als gevolg van het lang aanhouden van de oorlog blijft bestaan.
Hoge energieprijzen, hoge inflatie
Niet alleen van brandstoffen, maar ook van voedingsmiddelen, ruwe grondstoffen en bouwmaterialen blijven de prijzen hoog. Dit zorgt ervoor dat de inflatie nauwelijks afneemt. De koopkracht neemt vooralsnog af en voor steeds meer huishoudens, bedrijven en instellingen levert dit problemen op. De gemeente heeft last van bovengenoemde ontwikkelingen als het gaat om bijvoorbeeld het assetmanagement (beheer en onderhoud van gemeentelijke eigendommen zoals gebouwen, gemalen etc.). Bouw- en onderhoudsbedrijven hebben veel werk terwijl personeel schaars is en grondstoffen en bouwmateriaal veel duurder worden.
Schuldhulpverlening, bijzondere bijstand
De groep huishoudens die het risico loopt de vaste lasten niet meer te kunnen betalen neemt toe en beperkt zich niet tot alleen de lage inkomens. Een groeiende groep inwoners en ondernemers zal naar verwachting een beroep gaan doen op ondersteuning bij het voorkomen/beperken van schulden en/of faillissement.
Risico's
Terug naar navigatie - Risico'sBelangrijkste financiële risico's | ||||||
Nr. | Risicogebeurtenis | Gevolgen | Maatregelen | Kans | Financiële gevolgen | Invloed |
R532 | Risico's taakuitvoering GR-BAR (Nieuwe Stijl). | Geld - (Tijdelijk) extra (frictie)kosten/uren/ inhuur personeel. | Risicobewust handelen binnen BAR. | 100% (BAR) | Max.€ 503.000 | 14,91% |
R1401 | Risicocluster tekorten uitvoering gedecentraliseerde taken sociaal domein. | Geld - Opgenomen risico's 3D's in GR-BAR en andere overheidstaken die op lokaal overheidsniveau worden weggezet. | Continue sturing op processen. | 100% (BAR) | Max.€ 750.000 | 13,61% |
R1441 | Reserve grondbedrijf (MPO) is niet toereikend. | Geld - Bijstorting uit Algemene reserve door tekort in exploitatiejaar. | Sturing m.b.v. MPO-t. | 30% | Max.€ 1.000.000 | 7,13% |
R385 | Begrotingstekorten in gemeenschappelijke regelingen waardoor de gemeente financieel moet bijspringen. | Geld – Financieel. | Sturing op de ingediende begrotingen van gemeenschappelijke regelingen in samenspraak met de Raad. | 60% | Max. € 500.000 | 7,07% |
R1552 | Integraal huisvestingsplan Onderwijs. | Geld – Onzekerheid hoeveel aan extra (tijdelijke) investeringen nodig zijn, ondanks opstelling integraal en strategisch Plan. | Uitwerking plan en planning; goede investeringsbegroting hiervoor opstellen. | 50% | Max. € 500.000 | 5,92% |
R1555 | Onvoldoende woonruimte beschikbaar voor tijdelijke én uiteindelijke huisvesting statushouders en vluchtelingen. | Geld – Verhuurders vragen hoge huur; Woonruimte moet plotseling snel nieuw gebouwd worden. | Goede planning en communicatie met alle betrokken partijen. | 50% | Max. € 500.000 | 5,91% |
R1558 | Toenemde inflatie. | Geld - Dekkingsproblemen bij de begroting. | Conjunctuurschommelingen i.c.m. prijsontwikkel-verwachtingen tijdig bijsturen in tussenrapportages. | 50% | Max. € 500.000 | 5,90% |
R1442 | Oplopende kosten in (wegen)bouwsector door stijgende conjunctuur(schaarste). | Geld – Financieel. | Rekening houden met onvoorziene extra kosten bij ramingen en offertes. | 50% | Max. € 500.000 | 5,90% |
R1440 | Risicocluster uitvoering wet- en regelgeving beveiliging data/informatie/gegevens/privacy. | Geld - Financieel, juridische aansprakelijkheid. | Goede implementatie en uitvoering van de Wetgeving. | 30% | Max. € 500.000 | 3,54% |
R501 | Algemene Uitkering wordt lopende het begrotingsjaar lager i.c.m. koppeling Rijksuitgaven en verwerking aanvullende kortingen. | Geld – Financieel. | Goede interpretatie van circulaires. Voorzichtig begroten van inkomsten Algemene Uitkering. | 30% | Max. € 500.000 | 3,53% |
Totaal van alle risico's: € 5.753.000 |
Het overzicht toont risico’s die incidenteel schade op kunnen leveren met daarbij het maximale financiële gevolg. De onderstaande tabel geeft aan hoe groot de kans is in lengte van tijd.
Kwantiteit | Referentiebeelden | Kans | Toelichting kansklasse |
klasse | |||
10% | <0 of 1 keer per 10 jaar | 1 | Deze klasse wordt gehanteerd voor risico's waarvan het |
onwaarschijnlijk is dat deze zich in de komende jaren voordoen. | |||
30% | 1 keer per 5-10 jaar | 2 | Deze klasse wordt gehanteerd voor risico's waarvan het niet |
waarschijnlijk is dat deze zich in de komende jaren voordoen. | |||
50% | 1 keer per 2-5 jaar | 3 | Deze klasse wordt gehanteerd voor risico's die zich in het |
komende jaar wel maar ook niet kunnen voordoen. | |||
70% | 1 keer per 1-2 jaar | 4 | Deze klasse wordt gehanteerd voor risico's waarvan het |
waarschijnlijk is dat ze zich in de komende jaar zullen voordoen. | |||
90% | 1 keer per jaar of > | 5 | Deze klasse wordt gehanteerd voor risico's waarvan het zeer |
waarschijnlijk is dat ze zich in de komende jaar zullen voordoen. |
Op basis van de ingevoerde risico's is een risicosimulatie uitgevoerd. De risicosimulatie wordt toegepast omdat het reserveren van het maximale bedrag niet nodig is omdat de risico’s nooit allemaal tegelijk en in hun maximale omvang zullen optreden.
Onderstaande figuur en de bijhorende tabel tonen de resultaten van de risicosimulatie.
Uit de simulatie volgt dat 90% zeker is dat alle risico’s van Albrandswaard kunnen worden afgedekt met een bedrag van € 2.955.118 (benodigde weerstandscapaciteit).
Benodigde weerstands- capaciteit bij verschillende zekerheidspercentages | |
Percentage | Bedrag |
10% | € 1.323.560 |
25% | € 1.674.577 |
50% | € 2.092.782 |
75% | € 2.531.751 |
90% | € 2.955.118 |
95% | € 3.216.352 |
Risicoprofiel grondbedrijf
Terug naar navigatie - Risicoprofiel grondbedrijfVoor het berekenen van het risicoprofiel voor het grondbedrijf is aangesloten bij het Meerjaren Perspectief Ontwikkelprojecten (MPO) 2024. Voor het grondbedrijf wordt het risicoprofiel niet gesimuleerd, maar wordt de kans van optreden maal het effect van optreden opgenomen. Hierbij is rekening gehouden of het gewaardeerde risico binnen het resultaat van het project opgevangen kan worden. Wanneer dit niet het geval is, heeft dit een effect op het risicoprofiel.
MPO 2024 | MPO 2023 | MPO 2024 | MPO 2023 | ||||
Project | Risico's (ongewogen en gesaldeerd) | Risico's (ongewogen en gesaldeerd) | Risico's (gewogen en gesaldeerd) | Risico's (gewogen en gesaldeerd) | Verschil | Op te vangen in grondexploitatie | Niet op te vangen in grondexploitatie |
A | B | C=A-B | D | E=D-A | |||
Verliesgevend | |||||||
Spui | -275.000 | -1.064.968 | -42.500 | -499.490 | 456.990 | 0 | -42.500 |
Polder Albrandswaard | -80.000 | 291.000 | -20.000 | -105.500 | 85.500 | 0 | -20.000 |
Binnenland | -200.000 | -150.728 | -50.000 | -113.046 | 63.046 | 0 | -50.000 |
De Omloop | -4.534.000 | 0 | -1.360.000 | 0 | -1.360.000 | 1.360.000 | 0 |
TOTAAL | -5.089.000 | -924.696 | -1.472.500 | -718.036 | -754.464 | 1.360.000 | -112.500 |
Voor het grondbedrijf Albrandswaard kunnen op basis van bovenstaande doorrekening alle risico’s worden afgedekt met een totaalbedrag van €112.500 (benodigde weerstandscapaciteit).
Beschikbare weerstandscapaciteit
Terug naar navigatie - Beschikbare weerstandscapaciteitDe beschikbare weerstandscapaciteit van Gemeente Albrandswaard bestaat uit het geheel aan middelen dat de organisatie daadwerkelijk beschikbaar heeft om de risico's in financiële zin af te dekken.
Beschikbare weerstandscapaciteit per 1 januari 2024 | ||||
Weerstandsonderdelen | Huidige capaciteit | |||
Algemene reserve | € 15.055.705 | |||
Reserve MPO | € 918.861 | |||
Reserve Sociaal domein | € 2.000.000 | |||
Beschikbare weerstandscapaciteit | € 17.974.566 | |||
Relatie benodigde en beschikbare weestandscapaciteit
Terug naar navigatie - Relatie benodigde en beschikbare weestandscapaciteitOm te bepalen of het weerstandsvermogen toereikend is, dient de relatie te worden gelegd tussen de financieel gekwantificeerde risico's en de daarbij gewenste weerstandscapaciteit en de beschikbare weerstandscapaciteit. De benodigde weerstandscapaciteit die uit de risicosimulatie voortvloeit, kan worden afgezet tegen de beschikbare weerstandscapaciteit. De uitkomst van die berekening vormt het weerstandsvermogen.
Risico's | Weerstandscapaciteit | |||||||
Bedrijfsproces | Algemene reserve | |||||||
Financieel | Reserve MPO | |||||||
Imago/politiek | Reserve Sociaal domein | |||||||
Informatie/strategie | ||||||||
Juridisch/aansprakelijkheid | ||||||||
Letsel/veiligheid | ||||||||
Materieel | ||||||||
Milieu | ||||||||
Personeel/Arbo | ||||||||
Product | ||||||||
Weerstandvermogen | ||||||||
Ratio weerstandsvermogen = | Beschikbare weerstandscapaciteit | 0 | € 17.974.566 | 0 | 5,86 | |||
Benodigde weerstandscapaciteit | (€ 2.955.118 + € 112.500) = € 3.067.618 | |||||||
De normtabel is ontwikkeld in samenwerking met de Universiteit Twente. Het biedt een waardering van het berekende ratio. Het ratio van Albrandswaard valt in klasse A. Dit duidt op een uitstekend weerstandsvermogen.
Weerstandsnorm | ||
Waarderingscijfer | Ratio | Betekenis |
A | >2 | uitstekend |
B | 1.4-2.0 | ruim voldoende |
C | 1.0-1.4 | voldoende |
D | 0.8-1.0 | matig |
E | 0.6-0.8 | onvoldoende |
F | <0.6 | ruim onvoldoende |
Risicokaart
Terug naar navigatie - RisicokaartRisico’s waarvan de oorzaken en gevolgen in klassen ingedeeld zijn kunnen geplaatst worden in een risicokaart. Deze kaart toont in één oogopslag de spreiding van de risico’s. Er wordt een onderscheid gemaakt in het bruto en netto risico. Het bruto risico geeft de situatie weer voordat er maatregelen zijn getroffen. Het netto risico geeft het resultaat na het nemen van maatregelen.
Geld | Bruto | ||||
x > € 500.000 | 1 | 2 | 1 | 2 | |
€ 250.000 < x < € 500.000 | 6 | 2 | 2 | ||
€ 100.000 < x < € 250.000 | 1 | ||||
€ 25.000 < x < € 100.000 | 4 | 7 | 3 | ||
x < € 25.000 | 1 | 1 | |||
Geen geldgevolgen | 1 | 1 | |||
10% | 30% | 50% | 70% | 90% | |
Geld | Netto | ||||
x > € 500.000 | 2 | 1 | 2 | 1 | |
€ 250.000 < x < € 500.000 | 2 | 5 | 1 | 1 | |
€ 100.000 < x < € 250.000 | 1 | ||||
€ 25.000 < x < € 100.000 | 7 | 4 | 3 | ||
x < € 25.000 | 1 | 1 | |||
Geen geldgevolgen | 1 | 1 | |||
10% | 30% | 50% | 70% | 90% |
Kengetallen
Terug naar navigatie - KengetallenIn dit onderdeel kengetallen geven wij duiding aan onze financiële positie.
Om een goed beeld te krijgen van de financiële positie kijken wij naar de ontwikkelingen aan de hand van een aantal belangrijke financiële kengetallen. Per kengetal geven wij de trend weer en de betekenis ervan voor onze financiële positie. Is de trend bijvoorbeeld risicovol, gunstig, of is het een directe dreiging voor de financiële gezondheid van onze gemeente? Ze hebben geen functie als normeringsinstrument in het kader van het financieel toezicht. Het reëel en structureel sluitend zijn van de begroting blijft het bepalende criterium.
De waarden van de kengetallen zijn ingedeeld in 3 categorieën die aansluiten bij de landelijk vastgestelde signaleringswaarden (2016). Categorie A is het minst risicovol en C het meest risicovol.
Schuldquote
Een belangrijke graadmeter voor de financiële positie is de omvang van onze schuldverplichtingen in relatie tot onze opbrengsten, oftewel de schuldquote. Onderstaande grafiek illustreert deze ontwikkeling.
De netto schuldquote is gedaald ten opzichte van de realisatie van vorig jaar, en de begroting van dit jaar. Dit komt met name omdat onze schulden zijn afgenomen, en de opbrengst uit de baten is toegenomen. Ook het uitblijven van grootschalige investeringen speelt hierin een rol.
Toekomstige investeringen en eventuele risico’s zullen hun invloed hebben op de schuldquote. Ook de stijgende rentestanden zullen hun invloed hebben. Het is niet alarmerend als onze schuldquote zou verslechteren, maar wel goed om de investeringen goed af te wegen en marktontwikkelingen in de gaten te houden.
Solvabiliteit
De solvabiliteit geeft aan welke gedeelte van je bezit met eigen vermogen is gefinancierd. Een woning bijvoorbeeld, deze is voor 80% gefinancierd bij de bank en 20% is betaald met eigen spaargeld. In dat geval is de solvabiliteit 20%. Onderstaande grafiek illustreert de ontwikkeling van dit kengetal voor onze gemeente.
Wij zien een verdere verbetering van de solvabiliteit. Deels veroorzaakt door continu en stabiel (financieel) beleid, waardoor het eigen vermogen toeneemt, en deels door niet al te grote nieuwe investeringen (waardoor de schulden niet of nauwelijks toenemen).
De landelijke norm is om de kritische grens van 20% aan te houden voor het eigen vermogen. Gelet op de schaalgrootte (omzet) van Albrandswaard blijven we kwetsbaar. Als een financieel risico zich manifesteert heeft dat grote impact op de stand van onze algemene reserve. Nieuwe investeringen en eventuele risico’s zullen hun invloed hebben op de solvabiliteit. Het is goed de solvabiliteit te blijven volgen, zodat bij een economisch minder goede periode er tijdig onderbouwde afwegingen gemaakt kunnen worden tussen inhoud en financiën.
Grondexploitaties
Afgelopen jaren is gebleken dat grondexploitaties een forse impact hebben op de financiële positie van een gemeente. Bij grondexploitaties volgen de inkomsten altijd pas na de uitgaven. Bijvoorbeeld voor een nieuw woningbouwproject moet de grond eerst gekocht en bouwrijp gemaakt worden voordat het weer verkocht kan worden. De financiering voor grondaankopen en bouwrijp maken leiden normaal gesproken (tijdelijk) tot hogere schulden.
Onderstaande tabel geeft de ontwikkeling weer van de (financiële) waardes van onze grondposities ten opzichte van de totale opbrengsten (exclusief reservemutaties). Daarbij geldt dat hoe lager de (boek)waardes van onze grondposities (exploitaties) zijn in vergelijking met de totale opbrengsten, des te minder financiële risico’s wij lopen. Als de waardes van de grondposities namelijk laag liggen hoeven de (grond)verkopen minder op te leveren om investeringen uit het verleden terug te verdienen.
Afgelopen jaren is onze positie stabiel gebleven, onder de signaalgrens. Dit komt voornamelijk omdat de gerealiseerde grondopbrengsten worden gecompenseerd met een afname van de verliesvoorzieningen. Afhankelijk van ontwikkelingen op het gebied van woningbouw en grondexploitaties zal dit kengetal wijzigen.
Nieuwe plannen en exploitaties zullen om investeringen en financiering vragen, en dat geeft inherente risico’s bij het terugverdienen. Met als mogelijk risico dat de lijn omhoog schiet.
Structurele exploitatieruimte
De structurele exploitatieruimte is aanmerkelijk beter dan we op begrotingsbasis hadden verwacht. Dit is een positieve ontwikkeling. De structurele lasten en baten lagen dus beter in evenwicht.
De signaalgrens is 0%. Wanneer het cijfer negatief is, betekent het dat het structurele deel van de begroting onvoldoende ruimte biedt om de lasten te kunnen dragen. Voor de komende jaren wordt een verslechtering verwacht in de begrotingen. Mede door ontwikkelingen en opgaven die we op ons af zien komen, en daarbij de uitdaging om de structurele lasten en structurele baten in evenwicht te krijgen. Het blijft nodig om zeer kritisch te blijven kijken naar hoe structurele lasten in evenwicht kunnen blijven met structurele baten.
Gemeentelijke belastingcapaciteit
De gemeentelijke belastingcapaciteit geeft de gemiddelde woonlasten van een inwoner van Albrandswaard weer ten opzichte van het landelijke gemiddelde. Onder woonlasten wordt hier bedoeld de rioolheffing, afvalstoffenheffing en onroerende zaakbelasting (ozb).
De gemeente moet belastingen heffen om voldoende inkomsten te genereren en kosten te dekken. Om de lasten voor de inwoner niet onnodig te laten stijgen is het daarom van belang om bedrijfsmiddelen doelmatig in te zetten en/of innovatieve, kostenbesparende maatregelen te nemen. Ook al zien we de kosten op deze gebieden toenemen, wordt hierbij ook lastenverlichting afgewogen met de inhoudelijke mogelijkheden. We zien een lichte verbetering van de belastingcapaciteit ten opzichte van vorig jaar, met name omdat de gemiddelde landelijke woonlasten harder zijn gestegen t.o.v. de stijging van woonlasten in Albrandswaard.
Conclusie over huidig risicoprofiel
Terug naar navigatie - Conclusie over huidig risicoprofielIn de voorgaande onderdelen is een relatie gelegd tussen het risicoprofiel van de gemeente en het benodigde weerstandsvermogen. Onze organisatie valt in klasse A (waarderingscijfer); een weerstandsvermogen dat uitstekend is. We kunnen derhalve stellen dat de organisatie er financieel uitstekend voor staat.
Investeringen, de fluctuerende algemene uitkering en risico’s hebben een negatieve uitwerking op enkele kengetallen. Daar tegenover staan ook positieve uitwerkingen. Het is noodzakelijk de kengetallen in de gaten te houden en financieel gezond te blijven door tijdig afwegingen en keuzes te maken indien nodig. Met name ook bij grote investeringen. De komende jaren moeten we ook blijven vasthouden aan een structureel sluitende begroting op basis van reële ramingen.